Werken met papier maché in laagjes

Nodig:

-snippers papier (krantenpapier, wc-papier, ...)

-plakpoeder of behanglijm

-een basisvorm zoals een ballon, plastic wegwerppotjes, een vorm (die je zelf maakt) van kippengaas of een niet-wegwerpvorm die je bekleedt met vershoud- of aluminiumfolie

-penseel om lijm aan te brengen

-afwasbaar werkblad, onderlegger of stuk krant

Werkwijze:

1. Scheur het papier in repen en snippers. Gebruik bij voorkeur wegwerppapier, zoals krantenpapier of WC-papier (die nemen het beste water op). Voor de laatste laag kan je ook gekleurd papier of dik papier gebruiken.

2. Bereid de lijm volgens de instructie op de verpakking.

3. Smeer een snipper in met lijm (hij moet goed nat zijn) en breng hem aan op de basisvorm. Vul zo de hele basisvorm en laat de snippers elkaar goed overlappen. Breng in totaal 3 tot 8 lagen aan (afhankelijk van welke stevigheid je wil) of eindig met een laag snippers van dik papier (160 g/m²) voor extra stevigheid. Werk je met gekleurd papier, breng dit dan alleen als laatste laag aan. Dit is immers de laag die je ziet.

4. Breng, wanneer je papier maché vorm klaar is, over het hele werkstuk een extra laag lijm aan.

5. Laat het werkstuk op natuurlijke wijze drogen aan de lucht. Teveel warmte (zoals van een radiator of haardroger) zou schade kunnen veroorzaken.

'Boetseren' met papier maché

Nodig:

-snippers papier (krantenpapier, WC-papier, ...)

-plakpoeder of behanglijm

-een grote kom water (om het papier in te weken)

-indien gewenst een basisvorm zoals een ballon, plastic wegwerppotjes, een vorm (die je zelf maakt) van kippengaas of een niet-wegwerpvorm die je bekleedt met vershoud- of aluminiumfolie

-indien gewenst een mixer of blender

-penseel om lijm aan te brengen

-afwasbaar werkblad, onderlegger of stuk krant

Werkwijze:

1. Scheur het papier in repen en snippers. Gebruik bij voorkeur wegwerppapier, zoals krantenpapier of WC-papier (die nemen het beste water op). Voor de laatste laag kan je ook gekleurd papier gebruiken.

2. Week het papier enkele uren in water.

3. Bereid ondertussen de lijm volgens de instructie op de verpakking.

4. Haal na een paar uur de snippers uit het water en wring ze goed uit.

5. Meng de snippers grondig onder de lijm. De hoeveelheid lijm moet je wat uitproberen. Er moet een vaste brij ontstaan, waarbij alle snippers (die nu bijna pulp zijn) grondig aan elkaar plakken, maar er geen klodders lijm tussen of rond zitten. Wanneer je werkstuk droogt, ontstaan er anders gaten of scheuren.

6. Wil je een fijner mengsel, dan kan je de brij een tijdje kneden met de hand of mixen in een blender (niet laten indrogen).

7. Breng de brij aan op een basisvorm of boetseer hem zoals je zou doen met plasticine of klei.

8. Laat het werkstuk op natuurlijke wijze drogen aan de lucht. Teveel warmte (zoals van een radiator of haardroger) zou schade kunnen veroorzaken. Een vol werkstuk kan tot enkele weken of langer nodig hebben om volledig te drogen. 

Beide technieken combineren

Deze werkwijze geeft je een licht, hol werkstuk dat toch zeer glad afgewerkt is en veel detail kan bevatten.

1. Maak je werkstuk in laagjes zoals hierboven beschreven. Laat het goed drogen.

2. Maak nu wat papier maché brij om te boetseren. Smeer een laagje (van zo 'n 3 mm dik) over je hele werkstuk en breng de details aan die je wil. Denk aan extra glad of juist schubben, golven of andere vormen van reliëf, ogen, mond, ..... Alles is mogelijk.  

Afwerken

Een droog werkstuk kan je schilderen met alle verven, behalve waterverf. Je kan er eveneens allerlei versieringen (ogen, mond, vormen en figuren van papier, karton, hout, vilt, ...) op kleven met gewone lijm.